Het liedekijn van Rozemarijn

Ik kwam laatst door den boogaert gegaan
En ik kwam laatst door den boogaert gegaan
Daar vond ik enen notenboom staan
Onder den boom Rozemarijn
Daar vond ik enen notenboom staan
Bloemekens mijn

En aan dien boom daar stond enen tak
En aan dien boom daar stond enen tak
Waar een klein nachtegaaltjen op zat
Nachtegaal klein vogeltje klein
Onder dien boom Rozemarijn
Waar een klein nachtegaaltjen op zat
Bloemekens mijn

O nachtegaaltje klein vogeltjen klein
O nachtegaaltje klein vogeltjen klein
En wilt gij mijnen bode niet zijn
Onder dien boom Rozemarijn
En wilt gij mijnen bode niet zijn
Bloemekens mijn

Hij nam den brief in zijnen bek
En hij nam den brief in zijnen bek
En hij vloog ermee al over het hek
Over dien boom Rozemarijn
Hij vloog ermee al over het hek
Bloemekens mijn

Hij gaf dat venster ene stoot
En hij gaf dat venster ene stoot
Wel slaapt gijlief of zijde gij dood
Onder dien boom Rozemarijn
Wel slaapt gijlief of zijde gij dood
Bloemekens mijn

Ik slape al zo vaste niet
En ik slape al zo vaste niet
Eens zien wat mij m'n liefken ontbiedt
Over dien boom Rozemarijn
Eens zien wat mij m'n liefken ontbiedt
Bloemekens mijn

U lief ontbiedt u goeden prijs
En u lief ontbiedt u goeden prijs
Hi wil gaan trouwen een ander wijf
Onder dien boom Rozemarijn
Hi wil gaan trouwen een ander wijf
Bloemekens mijn

Wilt hi gaan trouwen een ander wijf
En wilt hi gaan trouwen een ander wijf
Zo wil ik gaan trouwen een andere man
Onder dien boom Rozemarijn
Bezien wie t eerst berouwen kan
Bloemekens mijn

Nu bid ik God ende ons' lieven vrouw
En nu bid ik God ende ons' lieven vrouw
Dat het m'n liefken 't eersten berouwt
Over dien boom Rozemarijn
Dat het m'n liefken 't eersten berouwt
Bloemekens mijn