Watje
Ik hemmekik in mijn leven heel wa troetelnamen g’had
Maar wa ze nu weer hemme vinnik helemaal niet plezant
Watje watje watje dat roepen z'allemaal naar mij
Watje watje watje hoe komen ze d’r nu toch bij
Watje watje watje hoe komen ze d'r nu toch bij
'K krijg tranen in mijn ogen bij een triest’ herrinering
Ik mut ook dikkels bleiten azzek tekenfilms zien
Ik speel soems wel met poeppen en met ploesje beestjes ook
Maar ik zijn geen plat joenk en ‘k doen al ni meer in mijn broek
Watje watje watje dat roepen z'allemaal naar mij
Watje watje watje hoe komen ze d’r nu toch bij
Watje watje watje hoe komen ze d'r nu toch bij
Watje watje watje mama ze zeggen het weir
M’n wijf maakt van heur oren as'k er weer eens niks van bak
Ik draag dus regelmatig links en rechts ne fermen tak
Ik kan ook nog verdragen da ze ‘horendrager' zei
Maar waarom godverdoeme doen toch alle buren mee
Watje watje watje dat roepen z'allemaal naar mij
Watje watje watje hoe komen ze d’r nu toch bij
Watje watje watje hoe komen ze d’r nu toch bij