De zwarte ballon
Een ballonnenman in de stad had een hele tros ballonnen
Zo mooi zo vriendelijk zo luchtig zo licht
Een ballonnenman in de stad had een hele tros ballonnen
Zo mooi dat de kinderen bleven staan
Hij vond het zonde ze te verkopen want hij hield zo van die bos
Heel dicht bij elkaar gekropen was het heus een fijne tros
Die ballonnenman van het pleintje met al die kleuren in de wind
Die ballonnenman op het pleintje was zelf nog een kind
Maar het gekke was dat die ballonnen die konden praten met elkaar
Heel zacht het mannetje had het zelf al vaak gehoord
Maar vandaag was er iets bijzonders in die grote bonte tros
Het was net of de rust was verstoord
Toen ’t stil werd op het pleintje in de late middagzon
Toen hoorde die ballonnenman iets eigenaardigs
En hij keek in zijn tros en zag een zwarte ballon
En dat vond hij toch wel eventjes merkwaardig
Een zwarte ballon weemoedig en stil
Keer verdroomd in het late zonnelicht
Hij bederft de hele tros
Want zo’n zwarte ballon riepen de rooie
Dat is geen gezicht
Hoor es zei toen de ballonenman
Of je rood bent of blauw
Er zit net zoveel lucht in hem als in jou
Maar het werd een reuzeherrie en een opstand in de tros
En van angst liet de oude man het hele zwikkie los
En de ballonnenman was verdrietig en hij staarde ze na
En hij keek naar dat bont gewemel
En hij sprak een weesgegroetje voor die zwarte luchtballon
Maar het gekke was die was het eerste in de hemel