De stad
De stad scheurt uit de wolken los
en boort zich in de lucht
plasticgevels rijzen op
sluiten meeuwen in hun vlucht
de geesten van kwade breken uit hun kooi
je loopt zomaar wat rond
je voelt je eenzaam als een hond
waar is je warme nest je kamer waar je zonder angst
je ogen nog kan sluiten
de straten liggen leeg
geen mensenvrienden om je heen
alleen maar muren stukken steen die hun klauwen
als gieren om je sluiten
je bent de dwerg
de kleine dwerg
de oude wallen zijn verwoest
de oude stad verstomd
stalen reuzen blikken torens
schuiven voor de zon
de goden van lief en leven zijn al lang verjaagd
je loopt zomaar wat rond
en nergens waar je komt
vind j'een lieve plaats een plein waar het stil is
en je zalig wat kan rusten
de stad draait in het rond
dwaze klanken stijgen op
het is te laat je krijgt geen kans meer geen middel
om het kwade vuur te blussen
je bent de dwerg
de kleine dwerg
kom dwergenbroeders aller landen
grijp je kleine warme handen
maak je nieuwe jonge steden
vol met zon en vol met leven
een eindeloze horizon
een nieuw begin
een nieuw begin
een nieuw begin