't Kan Nooit Meer Gisteren Zijn

Ik zou voor een dag zeven jaar willen zijn
En spelen met m'n vriendjes in de straat
Wat voelden we ons groot en wat waren we nog klein
Als moeder riep "Naar binnen 't wordt al laat"
Met een kwartje in je vuist naar de kermis
En uren kijken wat je kopen kon
Een suikerspin en een ritje in de molen
En vijf cent over voor een gele ballon

'T Kan nooit meer gisteren zijn
Alleen een herinnering zijn
Vandaag zal gauw morgen zijn
De tijd gaat zo vlug
Ze noemen je nu 'meneer'
Toch zie je die ijskar weer
Met koperen deksel staan in de zon
Je had aan een heel lang touw
Die vlieger daar hoog in 't blauw
Als zo'n herinnering eens terug komen zou
'T Kan nooit meer gisteren zijn
Alleen een herinnering zijn
Vandaag zal gauw morgen zijn
Ik denk terug

'T Huis waar ik met m'n ouders woonde
Dat is nu afgebroken voor een weg
Twee appelbomen stonden in dat tuintje
En aan de voorkant stond een groene heg
Waar nu de auto's 180 rijden
Daar plukte ik een appel uit de boom
Soms wil ik zo'n herinnering vermijden
Maar soms dan wil ik even weer zo'n droom
'T Kan nooit meer gisteren zijn
Alleen een herinnering zijn
Vandaag zal gauw morgen zijn
De tijd gaat zo vlug
Ze noemen je nu 'meneer'
Toch zie je die ijskar weer
Met koperen deksel staan in de zon
Je had aan een heel lang touw
Die vlieger daar hoog in 't blauw
Als zo'n herinnering eens terug komen zou
'T Kan nooit meer gisteren zijn
Alleen een herinnering zijn
Vandaag zal gauw morgen zijn
Ik denk terug

'T Kan nooit meer gisteren zijn
'T Kan nooit meer gisteren zijn